| Uitgebreide beschrijving (regest) | De notaris Egidius Tsiongen instrumenteert dat Wilhelmus Lindanus, bisschop van Roermond, verklaard heeft op grond van een door Lubertus Gochius, pastoor te Haren, en Hermannus Joannis, pastoor te Hyrnen, ondertekende akte van 13 februari waarin Gertrudis van Arnhem de trouwbeloften, haar gedaan door Jacobus, zoon van Jacobus van Ewijck, aan deze teruggeeft daar deze Jacobus onder ede verklaard heeft tevoren in 1566 aan Catalina, dochter van Joanis mondeling en door overreiking van een ring trouwbelofte te hebben gedaan en aanstonds met haar gemeenschap te hebben gehad terwijl hij met Gertrudis nooit gemeenschap te hebben gehad terwijl hij met Gertrudis nooit gemeenschap heeft gehad, dat er tussen Jacobus en Gertrudis geen huwelijk bestaat en dat het aan Gertrudis vrij staat te trouwen met wie zij wil en dat Jacobus en Catalina na gedande boete moeten trouwen ; t.o.v. Gerardus Meranus en Herbertus van Greveraet. |
|---|