376 Heerlijkheid Ubbergen 1290 - 1815

2.2 Financieel beheer

Bestanddelen

2182

Aanslag in de verponding over de jaren 1647-1655 van een stuk land, genaamd 'het Heijnsdal', en een gedeelte van 'de Keijenberch', gelegen in het Nederrykse Walt, 1658, 1 stuk

2183

Kwitanties voor de heer van Ubbergen inzake betalingen in de verponding, 1671 - 1713, 1 lias

2184

Verzoek aan vrouwe Odillia Louisa van Keppel, geboren Van Steelandt, aan de de ontvanger van de verpondingen om uitstel van betaling wegens de verwarde toestand waarin de zaken van de heerlijkheid geraakt waren na het overlijden van de heer Van Welderen, 1732, 1 stuk

2185

Pandbrief, groot 100 gulden, door Jacob van de Sant ten laste van Willem Hendicxsoen en Thonissen op een huis en hofstad, groot 1/2 morgen, gelegen in de heerlijkheid, 1666, 1 charter

2186

Akte, waarbij Dr. Johan Verstegen wordt gepeind in alle gerede en ongerede allodiale goederen van de heer van Ubbergen, Henedrik Vijgh, wegens en schuld van 1275 Carolusgulden, 1673, 1 stuk

2187

Akte met bijbehorende stukken, waarbij Genoveva Maria van Welderen, vrouwe van Ubbergen, landrechtens in het bezit wordt gesteld van een huis, hofstad en bijbehorend land, van ouds genaamd ' 't Wapen', gelegen in de heerlijkheid, wegens achterstallige erfcijnsbetaling door Derck Peters van Beeck en Elisabeth Jacobs., 1758 - 1785, 4 stuk

2188

Stukken betreffende het beheer van de rentmeester Bastiaen Vredeman, 1619 - 1636, 1 omslag

2189

Stukken betreffende het financieel beheer van eigendommen, aangetroffen in het cijnsboek van de heerlijkheid, 17e eeuw, 1 omslag

2190

Rekening en verantwoording van Johan van Zeets als rentmeester van de heerlijkheid, 1713 - 1718, 1 omslag

2191

Rekening en verantwoording van Abraham Verspijck als rentmeester van de heerlijkheid, 1715 - 1724, 1 stuk

2192

'Thijnsboek met het geene daarbij behoord, erfpagten, thienden' van het huis Ubbergen, aangelegd 1548, bijgehouden tot 1712, 1548 - 1712, 1 deel

2193

Extracten en kopieën van verkoop en verpachting, aangetroffen in het cijnsboek van de heerlijkheid, 1600 - 1800; met hiaten, 1 omslag

2194

Schuldbekentenis van Cornelis van Driel aan baron Van Wielderen, vrijheer van Ubbergen, betreffende een jaarlijkse erfrente van 24 stuiver uit een bleekveld, gelegen bij de Hoenderpoort der stad Nijmegen, alsmede 26 stuiver uit het recht, daarop een huis te mogen zetten, 1715, 1 charter

2195

Memorie van de tijnsen en erfpachten welke jaarlijks op Sint Maarten aan de heer van Ubbergen moeten worden voldaan. Met aantekening van betaling, [circa 1717], 1 stuk

2196

Kopie-kwitantie wegens tijnsgelden, door de stadhouder Vermaate afgedragen aan de ambtman Welderen, 1722, 1 stuk

2197

Memorie van onbetaalde tijnsen, lopend over de jaren 1717-1723, opgemaakte door Abraham Verspijck na het overlijden van Baron van Welderen, 1724, 1 stuk

2198

Kopie-kwitantie wegens elf jaren tijns van een stuk land, genaamd 'de Maggerman', 1728, 1 stuk

2199

Lijsten van tijnsen en erfpachten, 1731, 1736 , 1740, 3 stuk

2200

Extracten uit het gerichtssignaten van Ubbergen betreffende enkele overtijnsen Overgeleverd door secretaris Van der Spick, 1739, 1647 - 1674, 1 stuk

2201

Extracten uit het gerichtssignaat van Ubbergen betreffende enkele overtijnsen. Memorie voor de heer Van Randwijck, 18e eeuw, 1 stuk