Naar:
Naar archiefboom
Naar zijbalk
Naar beschrijving
Hoog contrast
Menu
Sluiten
Regionaal Archief
Nijmegen
Praktische informatie
Collecties
Educatie
Over ons
Actueel
Zoeken
Winkelwagen (0)
Help
/
Home
/
Zoeken
/
469 Het Cellenbroederenhuis, de Ellendige en andere gevoegde Broederschappen 1330 - 1965
469 Het Cellenbroederenhuis, de Ellendige en andere gevoegde Broederschappen 1330 - 1965
Rubriek:
1.1 Charters
Archief
469 Het Cellenbroederenhuis, de Ellendige en andere gevoegde Broederschappen
Inventarisnummer
1-1255
Beschrijving
Charters
Periode
1330 - 1715
Vorm
1155 charter; 62 charter getransfigeerd
Bestanddelen
424
Ott Weelinck en geerloch van Diewegen, erfpachters. - Henrick Hesken en Katheryn, zijn vrouw, erkennen een erfpacht van 2 pond, uit den "Uspyck" in Wynsen te peinden, schuldig te zijn aan het Heilige Geest-huis te Nijm. Gegeven ynden yair ons lieffs Heren dusent vierhondert ende tsestich op sunte Pauwels avont die men heit Conversio sancti Pauli apostoli, 1460, 24 jan, 1 charter
425
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Petrus Vige Gerard'sz., burggraaf; Johannes van der Weyden en Johannes Rait, schepenen aldaar. - Hermannus de Olmen en Elisabeth, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 4 ponden, uit een huis van Stina, wed. Henricus de Weelderen, in de Pepergasse, aan Johanne Monick. A.D. MCCCC sexagesimo feria tercia post dominicam qua cantatur Esto Michi, 1460, 25 feb, 1 charter
426
Arnt die Haze, richter te Ubbergen; Herberen van den Zande en Johan Hubert'sz., gerichtslieden. - Willem Molegaets en Fije, zijn vrouw, maken en "tuchtichen" elkaar in al hun roerende en onroerende goederen enz. in Ubbergen liggende, terwijl voorts hun nalatenschappen zullen komen aan de "Capellen gesticht in die ere godts ende synre liever moeder ende der heiliger joncffrouwen sunte Geertruut". Gegeven int jair ons Heren dusent vierhondert ende tsestich des dinxdages nae sunte Mathysdach apostell, 1460, 25 feb (23 sep?), 1 charter
427
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Petrus Vige Gerard'sz., burggraaf; Nicolaus Vige Theod.'sz. en Johannes van der Weyden, schepenen aldaar. - Johannes Rait en Bela, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 9 Frankische schilden, uit een huis in de Hezelstrait, strekkende tot de Holtstrate, aan Elza, wed. Petrus van der Weyden. A.D. MCCCC sexagesimo feria quarta post diem beati Panthaleonis martiris, 1460, 30 jul, 1 charter
428
Willem Heucke, richter in Overbetue; Henric van Huessen en Willem van der Horst, gerichtslieden. - Henrick van Loenen en Lysbeth, zijn vrouw, dragen 2 stukken lands in Valborch op aan Gadert Vlessentop, Henrick die Lewe, Derick van Bochorst en Gysbert van wyckraide, als provis. van het Heilige Kruis. Gegeven int jair ons Heren dusent vierhondert een ende tsestich opten sonnendach in den vasten Letare Jherusalem, 1461, 15 mrt, 1 charter
429
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Petrus Vige Gerard'sz., burggraaf; Theodericus de Bronchorst en Gysbertus de Weelderen, schepenen aldaar. - Jacobus Gruenwalt en Truda, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 2 Frankische schilden, uit een huis in de Lombartsche strait, aan Theodericus de Doernick, ten behoeve van Reynerus Herinck. A.D. MCCCC sexagesimo primo sabbato post diem Nativitatis beati Johannis Baptiste, 1461, 27 juni, 1 charter
430
Johan de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Petrus Vige Gerard'sz., burggraaf; Johan van der Weyden en Herman van Machgeren schepenen aldaar. - Johan van Beersse, als gemachtigde van de priores van 't convent "Marïenberch", erkent ontvangen te hebben van Johanna, wed. Willem Collerts, 365 Rijnsche guldens, waarvoor Johanna zal genieten een jaarrente van 13 malder 1 schepsel rogge, uit alle tinsen enz. des kloosters. Gegeven int jaer onss Heren dusent vierhondert een ende tsestich des saterdages na sunte Egidius dach, 1461, 5 sep, 1 charter
431
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Petrus Vige Gerard'sz., burggraaf; Johannes van der Weyden en Engelbertus Butken, schepenen aldaar. - Henricus de Doenen verkoopt een erftins van 3 enckel guldens, uit 't huis van P.V. in de Moexterstrait, aan Gadefridus Flessentop, Gysbertus Wigrade, Henricus die Leuwe en Theodericus de Bochorst, als provis. van het Heilige Kruis. A.D. MCCCC sexagesimo primo feria tercia post diem beati Remigii episcopi, 1461, 6 oct, 1 charter
432
Johannes van der Weyden en Hermannus de Bueren, schepenen v. Nijm. - Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., peidt en waart Johannes de Wyenhaven, Gadefridus Flessentop en Gysbertus de Wigrade, als provis. van het Heilige Kruis, tot alle recht op 't huis van wijlen Henricus de Bezell, in de Groitstraat, "In die Sterre", voor 8 Frankische schilden, buten enz. A.D. MCCCC sexagesimo secundo feria quarta post dominicam quadragesime qua cantatur Letare Jherusalem, 1462, 31 mrt, 1 charter
433
Gysbertus de Weelderen en Engelbertus Butken, schepenen v. Nijm. - Johannes de Wyenhaven, als prov. van het Heilige Kruis, biedt aan aan Henricus de Dairn, als tinsheer, een huis van wijlen Henricus de Bezell, in de Groitstraat, "In die Sterre", als gepeind goed voor 8 Frankische schilden, buten enz.; en zeide 't hem voor zoveel verkocht te hebben. A.D. MCCCC sexagesimo secundo feria secunda post festum Pasche., 1462, 19 apr, 1 charter
434
Henricus Nyburger Engelbert''sz. en Rynerus Herinck, schepenen v. Nijm. - Johannes de Wyenhaven en Gysbertus de Wigrade, als provis. van het Heilige Kruis, bieden aan aan Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., voor den landheer, een huis, een huis van wijlen Henricus de Bezell, in de Groitstraat, "In die Sterre", als gepeind goed voor 8 Frankische schilden, buten enz., en zeide 't hem q.q. voor zoveel verkocht te hebben, waarop J.d.R. zeide 't daarvoor niet te willen hebben. A.D. MCCCC sexagesimo secundo feria quarta secunda post festum Penthecostes, 1462, 9 juni, 1 charter
435
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Petrus Vige Gerard'sz., burggraaf; Johannes van der Weyden en Engelbertus Butken, schepenen aldaar. - Conrades Celensoen en Ida, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 15 pond, uit 't huis van Henricus Voskuyll in de Bruederstrate, aan H. Voskuyll. A.D. MCCCC sexagesimo secundo feria quarta tercia post diem beati Brictii, 1462, 16 nov, 1 charter
436
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Petrus Vige Gerard'sz., burggraaf; Johannes van der Weyden en Alarus de Bemmell, schepenen aldaar, - Metta, wed. Peter de Myrler, geeft een erftins van 0,5 Frankische schild, uit 't huis van Jacobus Cuper, priester, in de Grotegasse, aan Albertus de Bemmell en Albertus Gerard'sz., als provis. van het Heilige Geest-huis. A.D. MCCCC sexagesimo secundo die beate Elizabeth vidue, 1462, 19 nov, 1 charter
437
Peter Vighe Gerard'sz., burggraaf v. Nijm. en richter in 't Rijk v. Nijm.; Johan Rait en Arnt van der Stall, gerichtslieden. - Derick van Bochorst en Gadert Gadert'sz. , als provis. van St. michiel, verzoeken van den burggraaf "peindung" aan een huis, "Geerloch Smeedts hoffstat" in Wynssen; waarna P.V. met de partijen de vormen der peindung verrichtte. Gegeven int jair onss Heren dusent vierhondert twe ende tsestich op sunte Andries avont apostoli, 1462, 29 nov, 1 charter
438
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Petrus Vige Gerard'sz., burggraaf; Engelbertus Butken en Johannes Rait, schepenen aldaar. - Albertus Klepper en Gertrudis, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 2 Frankische schilden, uit 't huis van Theod. van der Schueren, opten Ganzehoevell, strekkende tot de Vynckengasse, aan Everardus de Kessel. Waring ook door anderen. A.D. MCCCC sexagesimo tercio sabbato post diem beati Valentini martiris, 1463, 19 feb, 1 charter
439
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Petrus Vige Gerard'sz., burggraaf; Jacobus de Machgeren en Hermannus de Bueren, schepenen aldaar. - Metta, wed. Peter de Myrler, geeft een erftins van 6 Frankische schilden, uit een huis opten Wyler, van Gerardus Brouwer, aan Theodericus de Bochorst, Gerardus de Vaderick en Hilbrandus de Laer, als provis. van St. Michiel. A.D. MCCCC sexagesimo tercio die beati Georgii martiris, 1463, 23 apr, 1 charter
440
Jacobus de Machgeren en Engelbertus Butken, schepenen v. Nijm. - Wilhelmus de Wageningen erkent een huis "In die Sterre", in de Groitstrait op den hoek van de Plaetmekerstrait, voor een erftins van 7 Francische schilden ontvangen te hebben van Johannes de Wyenhaven, Theodericus de Steynforden, Gadefridus Flessentop en Gysbertus de Wighrade, als provis. van het Heilige Kruis. A.D. MCCCC sexagesimo tercio feria secunda post diem Sacramenti, 1463, 13 juni, 1 charter
441
Akte 1 (regestnummer 441): Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Petrus Vige Gerard'sz., burggraaf; Alardus de Bemmell en Hermannus de Buren, schepenen aldaar. - Wilhelmus Gadfried'sz. en Metta, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 2 malders rogge, uit een stuk lands bij de Groenstege, aan den Tirssdijk, aan Teheodericus Bernard'sz. A.D. MCCCC sexagesimo tercio in profesto beati Albini martiris (21-6-1463) Akte 2 (regestnummer 1092): Johan Poeijn en Arnt Denijss, schepenen v. Nijm. - Jorden van Triest en Grietghen, zijn vrouw, verkoopen een erfpacht van 2 malders Rogge, uit een stuk lands bij de Gruenstege, aan de Tyrssdijk, aan Henrycke van Triest. Gegeven in den jair unsers Hern duysent vyffhundertt vier und seventich den derden dach dess maents Septembris (3-9-1574), 1463 - 1574, 2 charter getransfigeerd
442
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Peter Vige, burggraaf; Alardt de Bemmell en Herman van Buren, schepenen aldaar. - Wilhelm Gaert'sz. en Mett, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 2 malders rogge, uit een stuk lands bij de Gruynstege, aan den Tyrssdijk, aan Derick Bernt'sz. Consent van den rentmeester der stad, als tinsheer q.q. Gegeven in den jair ons Heeren dusent vierhondert drie en seistich up avent sunte Albins martelers, 1463, 21 juni, 1 charter
443
Peter Vighe Gerit'sz., burggraaf v. Nijm. en richter in 't Rijk van Nijm.; Evert Myllinck en Herman Heuck, gerichtslieden. - Joest Keyser erkent, dat Derick van Oy, pastoor te Oy, en Arnt die Haze, als kerkmeesters van St. Gertruden Capellen op 't oude Kerkhof te Nijm., jegens hem afgelost hebben een erftins van van 1 overl. Rijnsche gulden. Gegeven int jair onss Heren dusent vierhondert drye ende tsestich des manendages na sunte Johans dach Nativitatis the Mydzomer, 1463, 27 juni, 1 charter
1
…
16
17
18
19
20
21
22
…
60
Reageren
Delen
Reacties
Er zijn nog geen reacties op dit item
Plaats een reactie
Velden met een
zijn verplichte velden.
Uw naam
Uw e-mailadres
Reactie
Klik in onderstaand veld om de inhoud naar het klembord te kopiëren.