Naar:
Naar archiefboom
Naar zijbalk
Naar beschrijving
Hoog contrast
Menu
Sluiten
Regionaal Archief
Nijmegen
Praktische informatie
Collecties
Educatie
Over ons
Actueel
Zoeken
Winkelwagen (0)
Help
/
Home
/
Zoeken
/
469 Het Cellenbroederenhuis, de Ellendige en andere gevoegde Broederschappen 1330 - 1965
469 Het Cellenbroederenhuis, de Ellendige en andere gevoegde Broederschappen 1330 - 1965
Rubriek:
1.1 Charters
Archief
469 Het Cellenbroederenhuis, de Ellendige en andere gevoegde Broederschappen
Inventarisnummer
1-1255
Beschrijving
Charters
Periode
1330 - 1715
Vorm
1155 charter; 62 charter getransfigeerd
Bestanddelen
465
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Henricus de Bylant, burggraaf; Theodericus van der Hautert en Hermannus de Bueren, schepenen aldaar. - Bernardus de Beeck en Nenna, zijn vrouw, geven een erftins van 3 Frankische schilden, van een van 11 uit het huis van Joh. Hollander in de Groitstrait, aan Theodericus die Kock, als prov. van het Heilige kruis. A.D. MCCCC sexagesimo quinto in profesto beati Nycolai episcopi, 1465, 5 dec, 1 charter
466
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Henricus de Bylant, burggraaf; Theodericus Tengnagel de Zandwick en Johannes van der Weyden, schepenen aldaar. - Theodericus de Bronchorst en Alarda, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 1,25 Frankische schild, uit hun huis in de Bemmelsgasse, aan Gerardus Noit, Theodericus die Kock en Gysbertus de Wigrade, als provis. van het Heilige Kruis. A.D. MCCCC sexagesimo sexto feria quinta post diem Epiphanye Domini, 1466, 9 jan, 1 charter
467
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Henricus de Bylant, burggraaf; Theodericus Tengnagel de Zandwick en Johannes van der Weyden, schepenen aldaar. - Theodericus de Bronchorst en Alarda, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 4, 75 Frankische schilden, uit hun huis in de Bemmelsgasse, ('t zelfde als in nr. 466), aan Gerardus Noit, Theodericus die Kock en Gysbertus de Wigrade, als provis. van het Heilige Kruis. A.D. MCCCC sexagesimo sexto feria sexta post diem Epiphanye Domini, 1466, 10 jan, 1 charter
468
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Henricus de Bylant, burggraaf; Theodericus Tengnagel de Zandwick en Hermannus de Bueren, schepenen aldaar. - Reynerus Hoyman en Guytkina, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 8 Frankische schilden, uit hun huis in de Steenstrait, aan Henricus Zell, Hilbrandus de Laer en Rutgerus de Eck, als provis. van St. Michiel. A.D. MCCCC sexagesimo sexto feria sexta post diem Epiphanie Domini, 1466, 10 jan, 1 charter
469
Derick van Bronchorst, Claes Vige en Herman van Doernick, als zaickwalden, beloven, dat zij eventuele schade zullen vergoeden, door het Heilige Kruis te lijden met betrekking tot een erftins van 6 Frankische schilden, uit D.v.B.'s huis, dien hij opgedragen heeft aan Gerit Noit, Derick die Kock en Gysbert van Wigrade als provis. van het H.K. Gegeven int jair onss Heren dusent vierhondert sess ende tsestich des saterdages na den heiligen Derthiendach, 1466, 11 jan, 1 charter
470
Derick van Doenen en Johan van Everdingen, erfpachters en tinsgenoten in het Rijk v. Nijm. - Helwig van Vijnen met Michiel Butzeel, als voogd, Derick van Vijnen en Ffyken, zijn vrouw, Arnt v. V., Gerit v. V. en Derick v. V., broeders, Heylwich Boshuys met Meus B., haar man, tot voogd, Aleyt Vogels met Gadert V., haar man, tot voogd, allen kinderen van Heylwig v. V. voorz. - verkoopen een erfpacht van 2 Frankische schilden, 2 Hornsche guldens en 2 hoenders, uit een stuk lands "den Parwech" in Ewick, bij de kerk en de straat, aan Gysbert Mysse. Gegeven int jair ons Heren dusent vierhondert sess ende tsestich opten yrsten dach van den maent Junio, 1466, 1 juni, 1 charter
471
Derick Tengnagell van Zandwick en Johan van der Weyden, schepenen v. Nijm., - Henric Zell, Brant van Laer, Rutger van Eck en Peter van den Gheyn, als provis. van St. Michiel, beloven alle jaar een "gemeyn spynde"aan de armen van Nijm. te zullen doen, uit een erfpacht van 6 Frankische schilden, uit 't huis van Henric van den Boen, opten Wyer bij de Kreitzpoirt, welke erfpacht Heymerick van Drueten had opgedragen aan St. M. Gegeven int jair onss Heren dusent vierhondert sess ende tsestich dess neesten dages na sunte Bonifacius dach, 1466, 6 juni, 1 charter
472
Theodericus Tengnagel de Zandwick en Johannes van der Weyden, schepenen v. Nijm. - Gerardus Palmert erkent ontvangen te hebben van Albertus Kracht een huis in de Groitstrait bij de Craenpoerte, voor een erftins van 12 Frankische schilden; met belofte om op verschillende termijnen af te koopen, totaal 5 schilden, ieder met 25 overl. Rijnsche guldens. A.D. MCCCC sexagesimo sexto in profesto beati Albini martiris, 1466, 21 juni, 1 charter
473
Johan van der Weyden en Herman van Bueren, schepenen v. Nijm. - Lysbeth, wed. Henric Tidman, erkent verhuurd te hebben aan Sweder ten Have, gedurende haar leven, haar poort enz . in de borchstraten voor 1 1/8 Frankische schild, mits bij bizondere gelegenheden L. in eigen persoon de poort zal mogen gebruiken, en de huur vervalt , als S. 't huis ernaast verlaat. Gegeven int jair onss Heren dusent vierhondert sess ende tsestich de neesten dages na sunte Lamberts dach episcopi, 1466, 18 sep, 1 charter
474
Theodericus Tengnagel de Zandwick en Hubertus de Lienen, schepenen v. Nijm. - Ludekinus Ridder Wilh.'sz. erkent een huis in de Nystrait, strekkende tot den Gruytbergh, voor een erfpacht van 1 pond en 1,5 Frankische schild aan P.S. en 4 Frankische schilden en 13 Coelsche Witpenninge aan R.V., ontvangen te hebben van Rudolphus Velkener, apotheker, en Petrus Stolt. A.D. MCCCC sexagesimo sexto in profesto beati Remigii confessoris, 1466, 30 sep, 1 charter
475
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Henricus de Bylant, burggraaf; Wolterus de Huet en Hubertus de Lienen, schepenen aldaar. - Johannes de Monjouwen en Gudela, zijn vrouw, dragen een erftins van 3,25 overl. Rijnsche guldens, uit een huis bij den Honsborch, over aan Theodericus de Beerss. A.D. MCCCC sexagesimo sexto in profesto beati Remigii confessoris, 1466, 2 oct, 1 charter
476
Johan van Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Henric van Bylant, burggraaf; Johan van der Weyden en Hubert van Lienen, schepenen aldaar. - Reynken Herinck, Aleydt, zijn vrouw, Gerit van Dam, Griet, zijn vrouw, en Fyeken, dochter van Gerit Brij, zuster van R.H., dragen een erftins van 16 ponden, uit een huis in de Steenstraten, op aan Gadert Dunnit, als prov. van het Heilige Geest-huis. Gegeven int jaer onss Heren dusent vierhondert sess ende tsestich op sunte Lucas dach ewangeliste, 1466, 18 oct, 1 charter
477
Wolter Roesst en Heynrick Zell, gerichtslieden. - Reynalt Hoyman en Guedtken, zijn vrouw, vestigen voor de provisoren en meisteren van St. Michiel een erftins van 8 Frankische schilden, uit hun huis in de Steenstraten, waar zij wonen, en stellen als pand voor de richtige betaling "den Buynsswerdt". Gegeven int jaer ons Heren dusent vierhondert sess ende tsestich de dynxdages na sunte Katherijen dach der heiliger joncffrouwen, 1466, 2 dec, 1 charter
478
Theodericus van der Hautert en Engelbertus Butken, schepenen v. Nijm. - Aleydis, wed. Dionysius Petrus'sz., erkent een huis opten Wyer voor een erftins van 1 pond, 2 Frankische schilden, ontvangen te hebben van Henricus Zell, Hilbrandus de laer en Rutgerus de Eck, als provis. van St. Michiel. A.D. MCCCC sexagesimo septimo feria sexta post dominicam quadragesime qua cantatur Invocavit, 1467, 20 feb, 1 charter
479
Burgemeesteren, schepenen en raad van Cleve machtigen Zweder van Ryngenbergh en Johan van Visschell, als provis. van het Armengast-huis en 't Leprozenhuis te Cleve, om in naam van die armen te verkopen, naar 't stadsrecht van Nijm. aan de provis. van het Heilige Geest-huis te Nijm., een erftins van 6 Frankische schilden, uit een huis op den hoek langs de stadsmuren bij de "Staven" en een tins van 3,5 Frankische schild, uit een huis bij de Kannenmerckt. Gegeven in den jair onss Heren duysent vyerhondert soeven ind tsetich op sente Vitus ende Modestus dach der heiliger martelers, 1467, 15 juni, 1 charter
480
Deken en kapittel van O.L.V. kerk te Cleve, machtigen Ailbert Hessel, medekannunink, om een erftins van 2 malders rogge, dien zij van een van 6 Frankische schilden, uit een huis "opten Hoeck", hadden, op te dragen aan het Heilige Geest-huis te Nijm. In den jair onss Heren dusent vierhondert seven ind tsestich Viti et Modesti martirum, 1467, 15 juni, 1 charter
481
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Henricus de Bylant, burggraaf; Theodericus van der Hautert en Engelbertus Butken, schepenen aldaar. - Zwederus de Ryngenbergh en Johannes de Visschell, als provis. van het Armengast-huis en 't Lazaren(Leprozen)huis te Cleve, hiertoe gemachtigd door burgemeesteren, schepenen en raad van Cleve, verkoopen een erftins van 6 Frankische schilden, uit een huis op den hoek langs de stadsmuren bij de "Staven" en een van 3,5 Frank. sch., uit een huis bij de Kannenmerckt, aan Johannes van der Weyden, Gadefridus Dunnit en Arnoldus de Wyck als provis. van het Heilige Geest-huis; terwijl Albertus Hessel, als procurator van St. Marie te Cleve, bekende niets geen recht meer te zullen pretendeeren op dien tins. A.D. MCCCC sexagesimo septimo in vigillia Nativitatis beati Johannis Baptiste, 1467, 23 juni, 1 charter
482
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Henricus de Bylant, burggraaf; Theodericus Tengnagel de Zandwick en Engelbertus Butken, schepenen aldaar. - Hermannus Ingen Have en Catherina, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 6 Frankische schilden, van een van 8 pond en een van 9 Fr. schilden, uit een huis in de Korte Borchstrait, aan Wolterus de Nyell Joh'sz. A.D. MCCCC sexagesimo septimo in vigillia Nativitatis beati Johannis Baptiste, 1467, 23 juni, 1 charter
483
Johannes de Redinchaven, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Henricus de Bylant, burggraaf; Hermannus de Machgeren en Hermannus de Bueren, schepenen aldaar.- Henricus Voskuyll geeft een huis in de Bruederstrait aan Hilbrandus de Laer, Henricus Zell en Rutgerus de Eck, als provis. van St. Michiel. A.D. MCCCC sexagesimo septimo in profesto Visitacionis beate Marie virginis, 1467, 1 juli, 1 charter
484
Herman van Machgeren en Herman van Bueren, schepenen v. Nijm. - Brant van Laer, Henric Zell en Rutger van Eck, als provis. van St. Michiel, beloven, daar Henric Voskuyll hun een huis in de Bruederstrait opdroeg, hem zijn leven lang allen tins uit 't huis uit te keeren en dien na zijn dood voor de armen te besteden; anders vervalt het huis aan het Heilige Kruis. Gegeven int jair onss Heren Dusent vierhondert soeven ende tsestich op Onser Liever Vrouwen dach Visitacionis, 1467, 2 juli, 1 charter
1
…
18
19
20
21
22
23
24
…
60
Reageren
Delen
Reacties
Er zijn nog geen reacties op dit item
Plaats een reactie
Velden met een
zijn verplichte velden.
Uw naam
Uw e-mailadres
Reactie
Klik in onderstaand veld om de inhoud naar het klembord te kopiëren.