Naar:
Naar archiefboom
Naar zijbalk
Naar beschrijving
Hoog contrast
Menu
Sluiten
Regionaal Archief
Nijmegen
Praktische informatie
Collecties
Educatie
Over ons
Actueel
Zoeken
Winkelwagen (0)
Help
/
Home
/
Zoeken
/
469 Het Cellenbroederenhuis, de Ellendige en andere gevoegde Broederschappen 1330 - 1965
469 Het Cellenbroederenhuis, de Ellendige en andere gevoegde Broederschappen 1330 - 1965
Rubriek:
1.1 Charters
Archief
469 Het Cellenbroederenhuis, de Ellendige en andere gevoegde Broederschappen
Inventarisnummer
1-1255
Beschrijving
Charters
Periode
1330 - 1715
Vorm
1155 charter; 62 charter getransfigeerd
Bestanddelen
162
Rudolphus van der Hautart, burggraaf v. Nijm. en richter in 't Rijk v. Nijm.; Wilhelmus Wynninck en Wilhelmus de Doenen, schepenen v. Nijm. - Johannes Huddelken en Menta, zijn vrouw, en Petrus Huddelken, J.'s broeder, verkoopen een erftins van 2 Frankische schilden, uit een huis bij het Cruys, aan Hermannus de Bogen en Henricus Schait, als provis. van St. Michiel. A.D. MCCCC vicesimo tercio feria quinta post diem beati Laurencii martiris, 1423, 12 aug, 1 charter
163
Rudolphus Huysrait, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Rudolphus van der Hautart, burggraaf; Hermannus de Zandwic en Theodoricus de Machgeren, schepenen aldaar. - Jacobus de Nulant verkoopt een erftins van 4 pond, uit zijn huizen in de Hezelstraten boven den hoek van de Holtstraat, aan Zegerus de Weelderen, als prov. van St. Marie. A.D. MCCCC vicesimo tercio in vigilla beati Mathei apostoli et ewangeliste, 1423, 20 sep, 1 charter
164
Nicolaus Vige en Wilhelmus de Doenen, schepenen v. Nijm. - Johannes de Hommerzom erkent een huis in de Buddenstraet, voor een erftinsvan 3,25 Rynsche Arnhemsche gulden, door Hertog Reynaldus geslagen, ontvangen te hebben van Gerardus Verreken. A.D. MCCCC vicesimo tercio die beati Thome apostoli, 1423, 21 dec, 1 charter
165
Wilhelmus Wynninck en Wilhelmus de Doenen, schepenen v. Nijm. - Theodericus de Machgeren erkent 100 Frankische schilden te peinden uit een tins van 2,25 schild, uit een huis buiten de Wyntmoelenpaerte, schuldig te zijn aan Wilhelmus Lambert'sz.; waarna Theodericus de Hemersbach, onderrichter v. Nijm., met partijen de vormen der peindung verrichtte. A.D. MCCCC vicesimo quarto in profesto Circumcisionis Dominus, 1423, 31 dec, 1 charter
166
Theodericus de Hemersbach, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Rudolphus van der Hautart, burggraaf; Gadefridus Collart en Theodericus de Machgeren, schepenen aldaar. - Grieta, natuurlijke dochter van Johannes de Wusic, draagt een erftins van 3 Frankische schilden, uit een huis aan de Groitstrait, op aan Johannes de Boningen, als prov. van het Heilige Geest-huis. A.D. MCCCC vicesimo quarto feria secunda post diem beati Kyliani martiris, 1424, 10 juli, 1 charter
167
Wilhelmus de Heze en Hermannus de Zandwic, schepenen v. Nijm. - Wolterus Boy en Johannes de Boningen, als provis. van het Armengast-huis en het Heilige Geest-huis, gaan, op bevel en met goedvinden van den raad v. Nijm., een splitsing aan , wat tinsen betreft, aan en door beide inrichtingen over en weer verschuldigd; zodat 't H. G-h. nog van het A.G-h. trekt 24 schellingen, uit een huis in de Vynckengasse. A.D. MCCCC vicesimo quarto feria quarta post diem Nativitatis beate Marie virginis, 1424, 13 sep, 1 charter
168
Burgemeesteren, schepenen en raad der stad Nijmegen verklaaren, dat Wolter Boy en Johan van Boningen, als provis. van het Heilige Geest-huis, van een persoon ontvangen hebben een som gelds, waarvoor is aangekocht een erftins van 3,75 oude schilden, om op verschillende tijden des jaars aalmoezen onder de armen uit te delen, voor de kerkdeuren. Gegeven int jaer onss Heren dusent vyerhondert vyer ende twintich des dinxdages nae sunte Matheus dach apostoli, 1424, 26 sep, 1 charter
169
Wilhelmus de Heze en Hermannus de Zandwick, schepenen v. Nijm. - Johannes Greuss, ryemsleger, en Goiswinus Vulling'sz. erkennen ontvangen te hebben van Geerlacus Joh.'sz., ryemsleger, een hof bij den "Nonnencamp"voor een erftins van 4 pond, onder voorwaarde, dat ze dien niet mogen opdragen aan G. of zijn erven, zonder eerst "loecupe"te stellen. A.D. MCCCC vicesimo quarto in profesto beati Victoris, 1424, 9 oct, 1 charter
170
Petrus de Blitterswick en Wilhelmus de Doenen, schepenen v. Nijm. - Gadefridus de Elden Henric'sz. en Bela, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 2 pond, uit een erf met 1/2 muur, van Johannes de Eyl, buiten de Hezelpoerte, aan Wilhelmus de Venlo. A.D. MCCCC vicesimo quarto in crastino Concepcionis beate Marie Virginis, 1424, 9 dec, 1 charter
171
Herman van Stralen, Weyndel en Baet, zijn zusters, verklaren, dat Wouter Jan'sz. hun beleend heeft een Hofstad, in Winsen, met 15 arnhemse Rijnsche guldens (of 12 oude braspenningen voor iedere gulden) op de 1e St. Peters-mis ad Cathedram, over 3 jaar na dato, te betalen; terwijl bij niet-lossing binnen dien termijn zij geen recht meer op de hofstad zullen behouden. Gegeven int jaer onss Heren dusent vierhondert ende vier ende twintich op sunte Lucien dage der heiliger joncvrouwen, 1424, 13 dec, 1 charter
172
Johannes Wilh.'sz. Venboit, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Rudolphus van der Hautart, burggraaf; Wilhelmus Wynonck en Theodericus van den Ryn, schepenen aldaar. - Rijquinus Theod.'sz. en Belia, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 6 Frankische schilden, uit twee stenen huizenbij den Honsborch, aan Wilhelmus de Doenen de Malden. A.D. MCCCC vicesimo quinto in profesto beati Antonii confessoris, 1425, 16 jan, 1 charter
173
Sanderus de Redinchaven en Wilhelmus Wynninck, schepenen v. Nijm. - Henricus Heerinc ontvangt voor een erfpacht van 6 pond, een stuk lands in Heze, naast den berg, van Johannes de Boningen, als prov. van het Heilige Geest-huis, mits H.H. alle vroegere tinsen betale. A.D. MCCCC vicesimo quinto dominica Cantate, 1425, 6 mei, 1 charter
174
Derick van Arnhem, ridder, als tinsheer, Wouter Brentinck en Johan Gademan'sz., tinsgenoten van 't Hof van Angeren, - Woube van Herne, Geryt's vrouw, met haar voogd Kristiaen Kyvit; Johan en Geryt van Herne, broeders, kinderen van Woube, dragen een stuk lands in Overbetuwe in Valborch, "die Beeksche Camp", op aan D.v.A., die 't wederom opdroeg aan Gadert Heymerich. Gegeven int jaer onss Heren dusent vyerhondert vyff ende twintich des dynsdages na sente Servaes dach in den Meye, 1425, 15 mei, 1 charter
175
Woube, wed. Geryt van Hirnen, Johan en Geryt, haar zoons, verklaren verkocht te hebben aan Goedert Heymerick een stuks lands in Valborch, "de Beexsche Camp". Waersaecwolden : Henrich van Wely, Johan van Hirnen, broeders, Beernt Hacvoert en hubert van Rijswijck. Int jaer ons Heren dusent vyerhundert ende vyvendetwijntich des nusten vrijegages na sunte Bonifacius dach des hiligen bisscops, 1425, 8 juni, 1 charter
176
Johannes Wilh.'sz. Venboit, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Theocericus van der Hautart, burggraaf; Rudolphus Oppestal en Wilhelmus de Doenen, schepenen aldaar. - Gerardus de Monster en Jutta, zijn vrouw, verkoopen een erftins van 2 Frankische schilden, uit een huis in de Borchstraten, aan Theodericus Nyeweert. A.D. MCCCC vicesimo quinto sabbato post diem beati Bonifacii, 1425, 9 juni, 1 charter
177
Hermannus de Zandwick en Henricus de Weelderen, schepenen v. Nijm. - Myskinus van der Kuylen en Aleydis, zijn vrouw, erkennen schuldig te zijn aan Johannes de Haren 500 overl. Rijnsche guldens, te peinden uit een huis in de Plaetmekerstraten; waarna Johannes Wilh.'sz. Venboit, onderrichter v. Nijm., met partijen de vormen der peindung verrichtte. A.D. MCCCC vicesimo quinto sabbato post diem Assumpcionis beate Marie Virginis, 1425, 18 aug, 1 charter
178
Johannes Wilh.'sz. Venboit, onderrichter v. Nijm., aangesteld door Theocericus van der Hautart, burggraaf; Theodericus Baers de Velar en Wilhelmus de Doenen, schepenen aldaar. - Hilla, wed. Johannes van der Molen, Goiswinus en Mychael v.d.M., haar zoons, erkennen een erftins van 1 Frankische schild, uit hun huis bij het St. Stevenskerkhof, schuldig te zijn aan Johannes de Boningen, als prov. van het Heilige Geest-huis. A.D. MCCCC vicesimo quinto in crastino beati Luce Ewangeliste, 1425, 19 oct, 1 charter
179
Hermannus de Zandwick en Theodericus de Machgeren, schepenen v. Nijm. - Johannes Wilh.'sz. Venboit, onderrichter v. Nijm., peindt en waart tot alle recht op een erftins van 20 schellingen, uit een huis aan de Smeetzstraten, Jacobus de Andelst Jr., voor 10 hollandsche schilden en de kosten. A.D. MCCCC vicesimo quinto feria post diem Omnium Sanctorum, 1425, 6 nov, 1 charter
180
Johannes de Bronchorst en Hermannus de Zandwick, schepenen v. Nijm. - Gerlacus Joh.'sz. Reymsleger draagt een tuin, "den Loehoff', "opten Haven", voor een erftins van 2 pond, 10 schellingen, op aan Johannes van der Laar, terwijl G. de vroegere tinsen zal afdoen. A.D. MCCCC vicesimo sexto in crastino beati Mathie apostoli, 1426, 25 feb, 1 charter
181
Burgemeesteren, schepenen en raad der stad Nijmegen, verklaaren dat Wolter Boy en Johan van Boningen, als provis. van het Heilige Geest-huis, van een persoon ontvangen hebben een som gelds, waarvoor een erftins gekocht is, om ieder jaar 's zondags na St. Andries een uitdeeling aan de armen van het Heilige Geest-huis te doen. Gegeven int jaer onss Heren dusent vyerhondert sess ende twintigh des guedesdages nae sunte Gertruden dach virginis, 1426, 20 mrt, 1 charter
1
…
3
4
5
6
7
8
9
…
60
Reageren
Delen
Reacties
Er zijn nog geen reacties op dit item
Plaats een reactie
Velden met een
zijn verplichte velden.
Uw naam
Uw e-mailadres
Reactie
Klik in onderstaand veld om de inhoud naar het klembord te kopiëren.