Uitgebreide beschrijving (regest) | Tryneken Jacobs, weduwe van Gerrit Bemdts, geassisteerd door haar zoon Henderick Cornelissen, verklaart schuldig te zijn aan Jan Hendricksen en Trijneken Jansen, alsmede aan Jan Jansen en Elsken Jansen, erfgenamen van Gerrit Beerndts, 175 gulden, ingevolge een magescheid van 1654 en verbindt daartoe twee percelen land in het Heessche Velt, het een gelegen tussen de eigendom van het Gasthuis, de Voerweg, de eigendom van Jan van Braekel en die van Tomas van Bothaelen, het tweede gelegen tussen de weg, het Nonnenland, de eigendom van Johan van Braekel en het terrein van het Gasthuis, alsmede twee huizen in de Krommen Elleboog, t.o.v. Aernholt Jordaen Rampers en Jacob Leeuwens, schepenen |
---|