Grondbedrijf van de gemeente Nijmegen


ArchiefvormerGrondbedrijf van de gemeente Nijmegen
Archief1367 Grondbedrijf van de gemeente Nijmegen
Soort entiteitOrganisatie
Type instellingOverheid
RechtsvormTak van Dienst ingevolge artikel 252, eerste lid, van de Gemeentewet
Datering1929-1998
PlaatsNijmegen (1929-1998)
Opvolger(s)Dienst Publieke Werken en Volkshuisvesting
Algemene contextIn 1928 constateerde het College van B&W dat de kapitaalvorming door aankoop en ontwikkeling van bouwgronden een te groot beslag legde op de reguliere gemeentefinanciën, en ook dat de gemeentebegroting en -rekening zich niet leenden voor een goede boekhouding van grondbezit en -exploitatie. Als noodmaatregel werd al enige jaren de boekhouding van het Woningbedrijf benut voor de administratie van de bouwgronden; een toestand die niet kon worden bestendigd. Om dit te ondervangen, werd de oprichting noodzakelijk geacht van een zelfstandig Grondbedrijf met een eigen begroting en rekening.
GeschiedenisOp 1 januari 1929 werd de Verordening op het beheer van het Grondbedrijf der gemeente Nijmegen van kracht. Hierin werd bepaald dat de aan de gemeente toevertrouwde goederen, die tot bouwterrein bestemd waren en daartoe bij Raadsbesluit waren aangewezen, afzonderlijk beheerd werden onder de naam van Grondbedrijf. De instelling van het Grondbedrijf maakte het mogelijk het beheer en de administratie van door de gemeente aangekochte en nog aan te kopen bouwgronden op commerciële wijze te voeren, zodat deze kapitaal-vorming niet langer rechtstreeks op de reguliere gemeentebegroting drukte.
De financiële administratie van het bedrijf, evenals van Gemeentewerken, Plantsoenendienst en Woningbedrijf, kwam onder verantwoordelijkheid van de Boekhouder van Gemeentediensten, die daarmee feitelijk in dienst trad van deze bedrijven.
Functies, beroepen of activiteitenDe functie van het Grondbedrijf vloeide voort uit de zorg van de gemeentelijke overheid voor de beschikbaarheid van bouwrijpe grond voor woningbouw en industrievestiging en de zorg voor de stadsuitbreiding.
De taken van het Grondbedrijf waren aankoop, verkoop, verhuring, verpachting, calculatie en ontwikkeling van eigendommen, met name bouwgronden, en het financiële beheer hiervan. Uitgangspunt hierbij was gestalte te geven aan de ‘actieve grondpolitiek’ van de gemeente.
Structuur of genealogieDe taken van het Grondbedrijf werden uitgevoerd door medewerkers van Gemeentediensten. In de gewijzigde Verordening van 1951 werd bepaald dat de dagelijkse leiding, onder toezicht van het College, kwam te liggen bij de administrateur van Publieke Werken en Volkshuisvesting (PW&V), hoofd van de afdeling Administratie. In de praktijk fungeerde deze administrateur als hoofd van het bedrijf.
In eerste instantie bleef het Grondbedrijf een relatief zelfstandige eenheid, maar die werd vanaf 1967 geïntegreerd in de steeds veranderende organisatiestructuur van PW&V. Vanaf 1967 is het Grondbedrijf dan ook te beschouwen als onderdeel van PW&V.
Het Grondbedrijf is vanaf 1998 voortgezet onder de naam Ontwikkelingsbedrijf.
Bron(nen)Verordening op het beheer van het Grondbedrijf der Gemeente Nijmegen 1929, raadsvoorstel hiertoe d.d. 3 juli 1928 en wijzigingen hierop (raadsbesluiten d.d. 28 november 1934, 2 mei 1951, 18 oktober 1979)
Bedrijvenverordening 1978 (raadsbesluit d.d. 18 mei 1978)
L. Gruppelaar, ‘Lokaal bestuur en stedelijke overheid te Nijmegen 1919-1945’ (Bibliotheek RAN nr. Br 6538/3)
N. Nabuurs, ‘Lokaal bestuur en stedelijke overheid te Nijmegen 1945-1984’ (Bibliotheek RAN nr. Br 7061)