Commissie van Bijstand voor de Electriciteitswerken Nijmegen


ArchiefvormerCommissie van Bijstand voor de Electriciteitswerken Nijmegen
Andere namenCommissie van Bijstand voor het Electriciteitsbedrijf Nijmegen
Archief38 Commissie van Bijstand voor de Electriciteitswerken Nijmegen
Soort entiteitOrganisatie
Type instellingOverheid
Datering1907-1955
PlaatsNijmegen (1907-1955)
Voorganger(s)Commissie voor Tramzaken Nijmegen
Algemene contextBegin twintigste eeuw namen de vraag naar en het gebruik van elektriciteit sterk toe. De gemeente voorzag in de vraag door de bouw van een elektriciteitscentrale aan de Waalkade in 1907-1908 en de oprichting van een gemeentelijk elektriciteitsbedrijf.
GeschiedenisOp 2 december 1907 stelden Burgemeester en Wethouders de ‘Commissie van Bijstand voor de Electrische Bedrijven der Gemeente Nijmegen’ in. De commissienaam zou later enkele malen licht wijzigen in ‘Commissie van Bijstand voor de Electriciteitswerken’ en vanaf 10 december 1948 in ‘Commissie van Bijstand voor het Electriciteitsbedrijf’.
De laatste notulen van de commissie dateren van 8 december 1954 en deze werden vastgesteld in een vergadering op 11 januari 1955. Enige jaren later gingen de Elektriciteitswerken op in de Centrale Vervoersdienst (CVD) en werd de commissie opgevolgd door een commissie van bijstand voor de CVD.
Functies, beroepen of activiteitenDe commissie had als doel B. en W. bij te staan in het toezicht op de uitvoering en het beheer van de Elektriciteitswerken, op het ontwerp van plannen voor dit bedrijf en de naleving van overeenkomsten met betrekking tot het bedrijf. Verder stelde zij de lonen en instructies voor de werknemers van de werken vast en hield zij toezicht op de werkzaamheden van de directeur van Elektriciteitswerken.
Structuur of genealogieDeze permanente raadscommissie bestond bij aanwijzing uit vijf (en vanaf 1939 uit vier) gemeenteraadsleden en een voorzitter, afkomstig uit het college van B. en W.. Omdat ook het gemeentelijk trambedrijf onder het elektriciteitsbedrijf viel ging de Commissie voor Tramzaken (1898-1907) met drie overgebleven leden op in de nieuwe commissie.
Bron(nen)Gedrukte raadsverslagen 1907.